Het wordt haar derde marathon, de eerste uitkomend voor Team 4 Mijl, op het voor haar bekende parcours van Amsterdam. Zowel debuteren als het behalen van haar NK-titel deed ze in het Olympisch stadion en over de straten van de Nederlandse hoofdstad. Toch heeft ze gemengde gevoelens over haar voorgaande marathons. Graag had ze een scherpere tijd neergezet dan haar huidige persoonlijk record van 2.52. Voor haar is het hoofddoel deze keer dan ook het lopen van een ruim PR. Ondanks dat het wederom het Nederlands Kampioenschap is, is ze niet bezig met positie en eventuele kansen op medailles. “Voor mij is een scherpe tijd belangrijker dan het podium. Maar het belangrijkst is dat ik vooral met een goed gevoel wil kunnen terugkijken op de komende marathon,” aldus Jacelyn.
Het was een roerig jaar voor Jacelyn en hoewel ze na de voorjaarsstage in april/mei al besloten had om een najaarsmarathon te lopen had ze toch een relatief korte voorbereiding van slechts 12 weken. Het baanseizoen sloot ze ondanks een serie PR’s af met niet helemaal de gehoopte resultaten en daarom nam ze in overleg met hoofdcoach Eddy Kiemel een korte vakantie om even helemaal te resetten. “Een wegatleet traint het hele jaar door en heeft eigenlijk nooit vakantie. Dus ik was er na het baanseizoen even aan toe om mijn hoofd leeg te maken, voor ik zou ik beginnen aan mijn marathonschema.”
Half juli begon het dan toch echt. Van vakantieweken waarin ze slechts enkele duurlopen deed naar weer volop trainen. “De eerste week moest ik er echt weer even inkomen. Ook omdat we deze zomer met de extreme hitte zaten en ik daar moeilijk mee om kan gaan. Ik heb veel laat op de avond en vroeg in de ochtend moeten trainen omdat het dan nog enigszins draaglijk was. Dat maakte de eerste periode niet eenvoudig.” Om rustig te beginnen bestonden de eerste weken uit blokken zone 2 en zone 3 (respectievelijk 40 en 30 slagen onder max HS, red.), slechts 1 baantraining per week, aangevuld met een lange duurloop en de rest ‘korte’ duurlopen van 45 minuten tot een uur. De bloktrainingen werden per week langer en de lange duurloop zat al vrij snel op 2,5 uur. Zo gingen de kilometers dan ook rap omhoog naar standaardweken van ongeveer 160km en zelfs in haar rustweken bleef ze ruim boven de 100.
De focus van de trainingen lag in het begin vooral op hartslag en veel duur. “Ik merkte dat ik in deze fase echt heel langzaam werd. Een voorheen eenvoudige baantraining voelde nu als volle bak sprinten.” Pas later in het schema werd gekeken naar een te verwachten marathontempo en werden de trainingen meer gericht op tijd en tempo’s. Typerende trainingen in deze latere fase bestonden bijvoorbeeld uit 2 x 25 minuten op marathontempo, wat uitgebouwd werd tot 2 x 45 minuten. Samen met in- en uitlopen komt een dergelijke training met 41km bijna op een volle marathon uit. Toch was dit niet haar zwaarste training. “Ik merk dat ik nu echt wel in vorm begin te raken, dus dan gaat zo’n training je toch wel makkelijk af. In een week van 190+ kilometers een duurloop van 3 uur afronden terwijl je na 10 minuten al zware benen hebt, dat is veel zwaarder.”
Het vertrouwen in een goed resultaat kwam bij Jacelyn niet heel snel. Eigenlijk pas na de training van dinsdag, de 2 x 45 minuten, merkte ze dat het goed zit met haar vorm. Nu terugkijkend op haar hele traject is dat misschien toch een stukje bescheidenheid. “Op een enkel ingekort duurloopje na, heb ik elke training kunnen afronden. Een paar keer haalde ik de tempo’s niet helemaal, maar de focus lag dan ook vooral op kilometers maken.” Gedurende haar voorbereiding evenaarde ze in barre omstandigheden bijna haar PR op de Dam tot Damloop en zat ook slechts 10 seconden boven haar 10 kilometer PR in Tilburg. Beide na twee zware trainingsweken waarin voor de wedstrijd geen gas teruggenomen werd. “Achteraf, als ik er zo naar kijk, ben ik echt wel beter dan ooit, maar ik houd er niet echt van om tijden te roepen. Veel mensen vragen wat ik verwacht te lopen, maar dat vind ik moeilijk om te zeggen. Een dik PR, dat verwacht ik wel!”
Verder kijken dan Amsterdam doet ze op dit moment nog niet. Toch heeft ze nog genoeg om mee te experimenteren en om uit te breiden. “Deze voorbereiding zijn we redelijk voorzichtig gestart. Bij mijn vorige trainers heb ik nooit zulke kilometers gemaakt als nu. De volgende keer is dat niet nieuw meer en kan er gekeken worden naar hoogte, een langere aanloop en weten Eddy en ik ook beter voor welk type trainingen ik gevoelig ben.” De lat die ze dit jaar verwacht neer te leggen is dan ook van tijdelijke aard. “Mijn talent ligt echt op de lange afstand en mijn hart ook. Als ik toch een droom mag uitspreken dan is de EK-limiet er wel één. Maar laat ik eerst Amsterdam tot een succes brengen en dan kijken we verder.”