Passie kan niet worden opgelegd, maar alleen blootgelegd

De meeste baanatleten zijn nu ongeveer halverwege hun wedstrijdseizoen. Een leuk moment om eens in te zoomen op de opbouw van de trainingen in deze maanden. Want in zo’n wedstrijdperiode zien de trainingsschema’s van verschillende atleten er soms ook heel verschillend uit. Terwijl de ene atleet nog steeds veel traint, heeft de andere juist veel meer rust rondom de wedstrijden. We nemen een trainingsweek van twee van onze atleten onder de loep: Niek Blikslager en Tom de Leeuw.

Trainingsschema

Niek heeft zich dit baanseizoen op de langere afstanden toegelegd dan eerdere jaren: Hij liep al een 10.000 meter, een 5.000 meter en twee keer een 3.000 meter. Met succes, want naast dat elke wedstrijd tot dusver leidde tot een aanscherping van een persoonlijk record, wist hij ook twee team records te verbeteren. “Tot nu toe loopt het seizoen echt top! We zijn nu weer wat meer aan het trainen en ik hoop daarna nog wat PR’s aan te kunnen scherpen.” Vlak na de trainingsstage in Portugal stonden voor Niek een aantal wedstrijden op het programma. Tijdens een periode met wedstrijden wordt het trainingsvolume met zo’n 40% teruggeschroefd. “Tijdens de wedstrijden vlak na Portugal liep ik gemiddeld 70 kilometer in de week. Nu zit dat rond de 120 kilometer in de week.”

Voor Niek staat er dus in deze periode relatief veel trainingsarbeid op het programma. Dit is omdat er in de periode rond de wedstrijden veel minder ruimte is om omvang te maken. Voor de langere afstanden is een goede aerobe basis van belang. Als je alleen maar wedstrijden zou lopen boet je daar langzaam op in.

Ook Tom heeft voorafgaand aan deze trainingsweek al enkele wedstrijden in de benen: Een 1000 meter en twee maal een 800 meter. Maar waar Niek in een trainingsblok zit, is het programma van Tom in de eerste helft van het wedstrijdseizoen juist afgesteld op het lopen van wedstrijden. Zijn trainingsschema wordt op dit moment daarom vooral om de wedstrijden heen gebouwd, met rustige dagen in de aanloop naar de wedstrijd zodat hij optimaal uitgerust aan de start kan verschijnen. Coach Sybren Mulder: “Als er op zaterdag een wedstrijd is, doet Tom een duurtraining op zondag en soms nog een duurloop op maandag om de duur component te onderhouden. Maar in de rest van de week ligt het accent op snelheid. Harde lactische trainingen heeft hij wel in de voorbereidingsperiode gedaan, maar nu prikkelen we dat gebied met name in de vorm van wedstrijden, met daarnaast eens in de twee weken een 1500 meter training.” Halverwege het wedstrijdseizoen zal er voor Tom ook weer een kort trainingsblok volgen, maar vervolgens wordt de lijn van rust en wedstrijden weer opgepakt. 

Foto: Odile Verzantvoort

Foto: Odile Verzantvoort

Krachttraining blijft aanwezig in de schema’s van beide atleten. De mannen blijven in ieder geval één keer per week kracht doen als onderhoudstraining. “Kracht is onze schema’s ook meegenomen in de periodisering, waarbij er op het piekmoment van het loopseizoen ook gepiekt moet worden in het krachthonk.” Hoe korter de afstand, hoe belangrijker tapering wordt voor wedstrijden. “Op sommige momenten is het juist rust wat je beter maakt. Timing is everything.”