UDEN – Vrijdagavond 8 juli werd er in Uden een regionale instuifwedstrijd georganiseerd. Middellange afstand-coach Theo Joosten uit Nijmegen had een aantal toppers gevraagd om een harde 800 meter-wedstrijd te komen lopen. Op een wedstrijd waar er misschien 30 toeschouwers waren, was de 800 meter het hoogtepunt van de dag. Team 4 Mijl was present met Jaap Gerben Vellinga, Wessel van Veenen en Bram Buigel.
Valentijn Weinans uit Nijmegen zou de race aantrekken als haas. Hij kwam in 52.50 seconden door op de eerste 400 meter en werd op zijn hielen gezeten door de Ethiopiër Mamush Lencha. Daarachter positioneerde Jaap Gerben zich, die weer achtervolgd werd door Bram Buigel. Wessel van Veenen was op dat moment de laatste wagon van de trein. Met nog 200 meter te gaan, trok Bram het tempo niet meer en werd hij ingehaald door de achtervolgers. Hij zag het op dat moment niet meer zitten en besloot uit de race te stappen. “Ik baal hard van deze beslissing, ik had de race gewoon uit moeten lopen. Dit was een mooie kans geweest om hard te lopen”, vertelde een teleurgestelde Bram aan de redactie. Jaap Gerben bleef mooi voorin de groep zitten en moest alleen de Ethiopiër Lencha en de Belg Stijn Baeten voor zich dulden. Hij finishte als derde in een nieuw persoonlijk record van 1:48.52. Jaap Gerben: “Vandaag was er eindelijk een goede race zonder veel geduw en getrek. Hierdoor kon er lekker geracet worden. Mijn laatste stuk was wat minder goed omdat ik wat verkrampte, dit moet volgende week beter!”
Vlak achter Jaap Gerben finishte ex-Team 4 Mijl”er Wilfred van Holst, die op zijn oude dag ook een nieuw persoonlijk record op de 800 meter wist te lopen (1:48.72).
Wessel van Veenen kon de groep mooi volgen en werd zesde in 1:50.46, de atleet uit Assen was nog nooit zo snel. “Ik heb de hele race alleen naar de persoon voor me gekeken en kwam kapot maar voldaan over de finish. Weer een stapje dichter bij die magische grens van 1:50”, aldus een zeer goed gestemde Wessel.
Volgende week zullen deze atleten afreizen naar Heusden (België) om daar, tijdens de nacht van Heusden, de Belgen te laten zien dat er niks boven Groningen is.
